Op 16 oktober 2023 werd een wetsontwerp tot wijziging van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten ingediend bij de Kamer (Parlementair Document 55K3609). Het wetsontwerp is erop gericht, door middel van diverse maatregelen, de deelname van kmo’s aan de procedures voor overheidsopdrachten te bevorderen. Welke nieuwigheden kunnen we verwachten?

1.        De invoeging van nieuwe artikels 12/1 tot 12/8 omtrent voorschotten om de liquiditeitspositie van de opdrachtnemer te verbeteren. Voorschotten zijn een uitzondering op het in artikel 12 van de wet beschreven principe dat er enkel betalingen worden gedaan voor verstrekte en aanvaarde prestaties. De opdrachtdocumenten kunnen in deze uitzondering voorzien. In de toekomst wordt dit voor een aanbesteder die tevens een administratieve overheid is in principe zelfs verplicht in twee hypotheses: enerzijds wanneer toepassing wordt gemaakt van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging (of zonder voorafgaande bekendmaking in speciale sectoren) wanneer de goed te keuren uitgave lager is dan de specifieke drempels bepaald in artikel 90 KB Plaatsing  (of artikel 88 KB Plaatsing speciale sectoren) en, anderzijds bij alle andere procedures wanneer de opdrachtnemer een kmo blijkt te zijn. De artikels 12/2 tot 12/8 bepalen de berekeningswijze en modaliteiten.

2.       De invoeging van artikel 12/9 omtrent biedvergoedingen om de kostprijs voor het indienen van een offerte te verlagen. Biedvergoedingen zijn eveneens een uitzondering op het principe uit artikel 12 van de wet. In de praktijk kan intussen worden vastgesteld dat biedvergoedingen meer en meer ingeburgerd geraken. In de huidige wet overheidsopdrachten worden ze echter alleen omkaderd voor de concurrentiegerichte dialoog en voor de prijsvraag. Het wetsontwerp bevestigt de tendens in de praktijk en breidt dit kader voorzichtig uit. Concreet voorziet het wetsontwerp dat de aanbesteder in uitzonderlijke gevallen verplicht zal worden om een biedvergoeding toe te kennen aan de niet-verkozen inschrijvers (niet noodzakelijk kmo’s) wanneer in het kader van de plaatsingsprocedure bepaalde aanzienlijke intellectuele of creatieve inspanningen gevergd worden vanwege deze inschrijvers om een (regelmatige en aanvaardbare) offerte te kunnen indienen. Meer bepaalde geven de volgende inspanningen aanleiding tot vergoeding: monsters, maquettes, prototypes, tekeningen, andere grafische ontwerpen of enig ander ontwerp in de domeinen van de plastische kunsten, de muzikale kunsten, de cinematografische kunsten of de podiumkunsten.

Om budgettaire redenen geldt de verplichting tot vergoeding niet wanneer de aanbesteder niet over de mogelijkheid beschikt om het aantal offertes die worden ingediend te beperken, zoals bij de openbare procedure of de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking (of oproep tot mededinging bij speciale sectoren). Een belangrijke nuance bij deze verplichting, en een verschil met het eerder genoemde voorschottenmechanisme, is dat het wetsontwerp de aanbesteder volledig vrijlaat om de hoogte van de biedvergoeding te bepalen.

3.       Wijzigingen aan artikel 13 om de aanbesteder in sommige gevallen te verplichten om reeds onmiddellijk na de opening van de offertes aan elke inschrijvers diens individuele plaats in het voorlopig klassement mee te delen, opdat inschrijvers sneller in staat zijn in te schatten of de uitvoering van de opdracht moet worden ingepland. Uit de aard der zaak is dit mechanisme slechts mogelijk indien alleen de prijs als gunningscriterium wordt gebruikt. Om het risico op mededingingsvertekende afspraken aanvaardbaar te houden geldt de verplichting slechts onder bepaalde modaliteiten en voorwaarden (bv. enkel opdrachten onder de Europese drempels) en kunnen uitzonderingen worden voorzien.

4.       Tenslotte zal het only once-principe omschreven in het artikel 73, § 4 uitdrukkelijk van toepassing zijn op prijsvragen. Veel bepalingen van de wet waren tot op heden niet van toepassing op prijsvragen opdat het wettelijk kader ervan zo flexibel mogelijk kon blijven. Dit flexibele kader wordt behouden, maar artikel 73, § 4 van de wet zal van toepassing zijn zodat de aanbesteder in het kader van prijsvragen gebruik kan maken van de Telemarctoepassing om zelf ondersteunende documenten of andere bewijsstukken te verzamelen die hij gemakkelijk en gratis kan verkrijgen.

 

De volledige fiche van het wetsontwerp vindt u hier.